Bij de bevruchting wordt een zygote of kiemcel gevormd door versmelting van de mannelijke met de vrouwelijke voortplantingscel. Tijdens de zwangerschap ontwikkelt de bevruchte eicel zich in de baarmoeder. Uit één cel, de zygote of bevructe eicel, onstaan door celdeling steeds meer cellen, zodat het uitgroeid tot een kindje met verschillende weefsels en organen.

Na de geboorte blijft een kindje groeien en worden er steeds nieuwe cellen gevormd door celdeling. Ook bij volwassenen worden voortdurend nieuwe cellen gevormd door celdeling om afgestorven cellen te vervangen.

Bij mensen, planten en dieren verloopt die celdeling op de zelfde manier. Deze gewone celdeling wordt ook wel mitose genoemd.
Uit één cel worden 2 cellen gevormd die identiek zijn aan de oorspronkelijke cel.